Een groep bekende Amerikaanse schrijvers, waaronder George R.R. Martin, de auteur van Game of Thrones, heeft een rechtszaak aangespannen tegen OpenAI, het bedrijf achter de AI-chatbot ChatGPT.
Ze beweren dat OpenAI hun werk zonder toestemming heeft gebruikt om de chatbot te trainen en vrezen dat ze in de toekomst door kunstmatige intelligentiesystemen zoals ChatGPT kunnen worden vervangen.
Mary Rasenberger, de CEO van The Authors Guild, een belangenvereniging voor schrijvers, benadrukt het belang van schrijvers om controle te hebben over hoe hun werk wordt gebruikt in generatieve AI-systemen. Ze stelt dat dit essentieel is om de integriteit van de literatuur te behouden.
Datasets die teksten uit hun boeken bevatten
De auteurs beweren dat ChatGPT wordt getraind met datasets die teksten uit hun boeken bevatten, verkregen van websites waar hun werk illegaal is geüpload. Ze suggereren dat ChatGPT nauwkeurige samenvattingen van hun boeken kan genereren, wat impliceert dat hun teksten in de database van de chatbot zijn opgenomen.
OpenAI heeft nog niet gereageerd op verzoeken om commentaar op deze zaak, maar eerder hebben ze beweerd dat ze voldoen aan de Amerikaanse auteursrechtwetgeving en de rechten van auteurs respecteren.
De uitkomst van deze rechtszaak kan belangrijke implicaties hebben voor het gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal in AI-trainingsdatasets en de rechten van schrijvers met betrekking tot het gebruik van hun werk in opkomende technologieën zoals generatieve AI-systemen. Het zal nauwlettend worden gevolgd door de literaire en technologische gemeenschappen.